Vis bakken kunnen we allemaal en doen we het liefst op vrijdag. Maar pocheren durven we lang niet allemaal aan. Misschien wel omdat we gewoon niet weten hoe het moet en waarom? Pocheren is de vis voorzichtig garen, bij voorkeur in op smaak gebrachte room of melk. De room of melk dient op smaak gebracht te worden met witte peper, zout, visfumet, laurier en tijm. Dit breng je tegen de kook en voorzichtig gaar je hier je visfilet in. Het mag absoluut niet koken en de vis moet net gaar zijn. Als je mooie dikke stukken visfilet heb, zou je hiervoor een kern thermometer kunnen gebruiken. De kerntemperatuur van vis moet rond de 65 graden zijn. Dit moet je echt gewoon een keer proberen, het is zeer zeker de moeite waard!
Vanaf 4 persoon(en)
4 grote stukken Heilbot (of andere witvis)
1 liter Room
8 takjes Tijm
4 blaadjes Laurier
Witte peper en zout
300 ml. Visfumet (sterke visbouillon)
Zout de stukken visfilet. Breng de room met de tijm, laurier, peper en zout en visfumet aan de kook. Leg de stukken vis voorzichtig in de room. Hou de room tegen de kook (niet volop laten koken). Pocheer de vis zachtjes in ± 5 minuten gaar. Als je een kernthermometer gebruikt moet deze vis in de kern 65 graden bereiken. Serveer de vis met pasta of asperges en gebruik de room als saus.